Het werk van architect Finn Juhl (1912-1989) heeft het traditionele Deense ontwerp nieuw leven ingeblazen. Het is een voorbeeld van de kwaliteit van vakmanschap en schoonheid die het land in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw tot een leider in moderne woninginrichting maakte.
Juhl is opgeleid als allround bouwmeester, niet - zoals hij benadrukte - vooral als meubelontwerper. Bij verschillende gelegenheden wees hij erop dat hij als meubelontwerper puur autodidactisch was.
Zijn vroege stoelen werden in kleine series geproduceerd, hooguit tachtig, omdat ze werden gemaakt voor gildevoorstellingen waar het werk van de ambachtsman werd benadrukt over de ontluikende industrie van de massaproductie. Ze werden echter bijna allemaal later in zijn carrière heruitgegeven.
In 1951 ontwierp hij de Trusteeship Council Chamber in het hoofdkantoor van de Verenigde Naties in New York als een geschenk van Denemarken aan de VN.
De stabiliteit van de constructie, in harmonie met een unieke expressie van vorm, onderscheidt zijn werken. Zijn voorliefde voor teak als materiaal bracht hem ertoe nieuwe en superieure technieken voor het gebruik ervan te ontwikkelen en hij is verantwoordelijk voor de huidige populariteit van teak in Deense meubelen.
Finn Juhl had een grote invloed op de volgende generatie Scandinavische architecten met zijn gebruik van gedurfde sculpturale vormen en ultrafijne detaillering. Juhl zei eens: "Men kan geen geluk creëren met mooie voorwerpen, maar men kan heel wat geluk met slechte voorwerpen verpesten".
Website van Finn Juhl